Er zijn geen of onvoldoende herkomstgegevens uit de periode 1933-1945 over dit object bekend. Na onderzoek zijn tot op heden geen bronnen gevonden die informatie over de herkomst kunnen geven. Daarom is er geen uitspraak te doen over mogelijk verdachte herkomst of mogelijk onvrijwillig bezitsverlies.
De herkomst van dit object is niet sluitend. Het is niet bekend van wie, wanneer, hoe en onder welke omstandigheden kunsthandel E. Delaunoy in Amsterdam dit object heeft verworven. In 1940 verkocht E. Delaunoy het schilderij met E. Gritzbach als tussenpersoon, aan H. Göring. Vervolgens is het schilderij in 1944 door een ruil van H. Göring in bezit gekomen van kunsthandel Goudstikker/Miedl. Het is niet bekend aan wie Goudstikker/Miedl het schilderij daarna heeft verkocht en het is onbekend hoe het in Duitsland terecht is gekomen. Er zijn op dit moment geen aanknopingspunten voor het doen van verder onderzoek naar de herkomst voor de periode van 1933 tot en met 1945 bekend.